Bijlage Mitz - LSP functioneel

Voor het checken van toestemmingen in Mitz voor de elektronische uitwisselingen die via het LSP verlopen, hoeft een XIS niets te doen. Het LSP checkt voor iedere zorgaanbieder die Mitz gebruikt de toestemming in Mitz. NB Voor een zorgaanbieder die Mitz nog niet gebruikt voor LSP-uitwisselingen, hanteert LSP de oude werkwijze: lokalisatie via VWI en afspraken over de lokale toestemmingen. Op termijn kan het LSP (bijvoorbeeld via Twiin) ook bronsystemen via andere US'en bevragen. Ook daar hoeft een XIS niets voor te doen (aangenomen dat een raadplegend XIS de informatie die terugkomt kan verwerken). Raadplegende systemen van andere US'en kunnen dan ook bronsystemen via het LSP bevragen. In dat geval zal het LSP via de gesloten vraag eerst checken of er toestemming is om gegevens beschikbaar te stellen.

Voor het in gebruik nemen van Mitz, zullen de lokale toestemmingen voor de LSP-uitwisselingen naar Mitz overgezet moeten worden om zichtbaar te zijn voor de patiënt. Die migratie wordt vanuit het XIS gerealiseerd.
Om als dossierhoudende zorgaanbieder een notificatie te krijgen als een patiënt zijn/haar toestemmingskeuze voor deze zorgaanbieder wijzigt, moet de zorgaanbieder zich abonneren op deze toestemmingsnotificaties.
Als een zorgaanbieder "met één druk op de knop" een toestemmingskeuze van de patiënt in Mitz wil inschieten, is daarvoor het toestemmingsbericht gespecificeerd. Om deze transactie te autoriseren wordt de integriteit van patiënt-id (geverifieerd BSN) en van de verantwoordelijke zorgaanbieder (URA) via tokens cryptografisch geborgd. Het access token dat Mitz nodig heeft wordt verkregen door een OAuth-flow. Deze kan vanuit het XIS geïnitieerd worden, maar XIS'en die op het LSP zijn aangesloten kunnen ook de bekende AORTA-tokens hiervoor gebruiken. Dan zal het LSP op basis van deze XIS-tokens het acces token via de OAuth-flow met Mitz afhandelen.